Jaarlijks stelt zich in 20.000 Vlaamse kmo’s de vraag naar overdracht. Bedrijfsleiders op zoek naar overnemers denken daarbij zelden aan hun eigen werknemers. Daar kan en moet verandering in komen, volgens vier organisaties uit de ondernemingswereld.
Vlaanderen is een kmo-regio en die kmo’s vergrijzen. Een kwart van de Vlaamse kmo-bedrijfsleiders is 55-plus en daarvan weet ruim de helft nog niet aan wie ze hun zaak kunnen overdragen. Ondernemers die uitkijken naar een billijke vergoeding voor een leven lang hard werken en risico’s nemen, komen dan in nauwe schoentjes. Al te vaak leidt het niet vinden van een geschikte overnemer tot een liquidatie. Maar evengoed is het een heet hangijzer voor de werknemers die het liefst en ook het best presteren wanneer het voortbestaan van de onderneming verzekerd is.
In dat licht is het merkwaardig dat de overdracht van vergrijzende kmo’s aan de eigen werknemers in Vlaanderen nog niet tot de opties behoort. Nochtans heeft ze vele voordelen.
Ten eerste worden werknemers al vroeg in het proces betrokken. Die betrokkenheid creëert niet alleen vertrouwen. Ze zorgt er ook voor dat de aanwezige kennis over de bedrijfswerking, die grotendeels bij de werknemers zit, ten volle benut wordt om de overdracht optimaal te laten verlopen. Tegelijk wordt een draagvlak gecreëerd voor andere pistes indien de overdacht aan de werknemers toch geen haalbare kaart blijkt.
Ook kunnen de betrokken werknemers nieuwe competenties ontwikkelen, en niet in het minst op het vlak van ondernemerschap. Wat dan weer naadloos aansluit bij hedendaagse visies op arbeid die ondertussen ook beleidsmatig vertaald werden. Zo staat er in de beleidsnota van de minister van Werk (2014-2019) dat “men wil investeren in wendbare werknemers en ondernemingen, en dat zowel op vlak van loopbaancompetenties als ondernemerscompetenties.”
Een ander pluspunt is de lokale verankering van de werkgelegenheid. Een kmo die eigendom wordt van haar werknemers zal niet snel geneigd zijn om naar lagelonenlanden te verkassen. Komen verder ook naar voren uit studies: hogere productiviteit, betere financiële prestaties, meer innovatie, meer en betere klantenbinding, minder personeelsverloop, dalend absenteïsme, hogere marginale productiviteit van kapitaal …
Tot nu toe zijn er vooral buitenlandse voorbeelden. In Schotland zitten momenteel zo’n honderd bedrijven in een traject van werknemersbuy-out. En in Frankrijk worden er jaarlijks tussen de vijftig en de zestig bedrijven overgelaten aan de werknemers. Zowel de Schotten als de Fransen hebben een uitgebreid instrumentarium om bedrijven hierbij te begeleiden.
De ambitie is dat ook in Vlaanderen de overname van vergrijzende kmo’s door de werknemers één van de gangbare keuzemogelijkheden wordt naast de gekende zoals managementbuy-out, overdracht binnen of buiten de familie en het inhuren van externe managers. Dat we tegelijk al doende de eeuwenoude muur tussen arbeid en kapitaal slopen, is mooi meegenomen.
Febecoop, Integraal, Zenitor en Odisee ontwikkelden samen www.werknemerwordtovernemer.be waar bedrijfsleiders en werknemers deze piste kunnen verkennen.