Werknemers worden overnemers bij elektronicabedrijf Page

13 juni 2019 | Het is zover: Vlaanderen kent een echte bedrijfsoverdracht aan werknemers. Bij elektronicabedrijf Page in Poperinge hebben al 50 van de 180 medewerkers aandelen gekocht van hun werkgever. Febecoop ging langs voor een laatste infosessie, en sprak met oprichter Luc Page en zijn nieuwe vennoten over het proces dat ze doorliepen.

Toen Luc Page de zestig naderde, begon hij na te denken over de vraag wie het elektronicabedrijf van hem kon overnemen dat hij een kwarteeuw terug had opgericht. Zijn kinderen studeerden geen elektronica. Maar vooral: het is niet meer zoals in de beginjaren, er zijn nu 180 medewerkers. “Ook voor mijn dochter die in de zaak werkt is het aangenamer om er niet alleen voor te staan.” Aanvankelijk overwoog Luc om bij de 20 leidinggevenden in zijn bedrijf te polsen, “maar waarom dan niet ineens de hele groep de kans geven?”. Toen hij enkele jaren terug hoorde over een pilootproject getrokken door Febecoop, schreef hij zich in voor het begeleidingstraject.

Ook het pand aan de overkant is intussen te klein.

Terug naar Barco

Luc studeerde begin jaren ’80 voor industrieel ingenieur en is gepassioneerd door zijn vak: “Elektronica lijkt magie maar eigenlijk is het toegepaste wiskunde en fysica.” Na 5 jaar in dienst bij Barco, richtte hij Page Elektronica op. Meer bepaald in de garage van zijn huis in het hart van Poperinge startte hij met een computerwinkel en bestukking. Later verhuisde het bedrijf naar de overkant van de straat. Zopas kocht Luc het voormalige pand van Barco BSM – dat zoals zovelen hun elektronicaproductie weghaalde uit België – op het industrieterrein van Poperinge, want de huidige bedrijfsruimte is nogmaals te klein geworden.

Niet de hoogste bieder

Het nieuwe pand kopen is een van de stappen die Luc zet om de overname te doen slagen. Doordat gebouwen en reserves niet in de overname zitten, wordt die betaalbaar. Winkelverantwoordelijke en een van de eerste nieuwe vennoten Jan Maes bevestigt: “Je moet er niet aan beginnen als je de laatste euro uit je bedrijf wil slaan. Dan ga je het best in zee met de hoogste externe bieder.”

Daar is het Luc effectief niet om te doen: “Ik zie veel bedrijfsleiders die graag onderhandelen over een zo hoog mogelijke overnameprijs. Ze hebben daar één dag voldoening van. Ik ben bijna zestig, wat moet ik met dat geld? Het schoonste dat ik ervoor kan krijgen is dat de groep het goed doet.” Wat niet betekent dat hij het bedrijf weggeeft. Er is een faire waardebepaling aan vooraf gegaan.

“Het bespaart mij ook de hele zoektocht naar een overnemer. Ik moet niet verder zoeken dan de eigen groep.”

Gemoedsrust

Wat Luc er eveneens voor krijgt, zijn tevreden klanten. “Ze zijn blij dat ze kunnen blijven werken met dezelfde mensen en contactpersonen die hen kennen. Met een externe overnemer is dat onmogelijk te voorspellen.” De klanten van Luc weten zich dus in veilige handen. Maar ook niet onbelangrijk vindt hij zijn eigen gemoedsrust. “Het bespaart mij ook de hele zoektocht naar een overnemer. Ik moet niet verder zoeken dan de eigen groep.”

Een ander pluspunt voor Luc is dat hij niet van de ene dag op de andere de sleutels van zijn bedrijf moet afgeven. “Ik ga uitbollen. Ik ga blij zijn als ik voor het een of het ander gevraagd wordt, dat mogen ze altijd doen.” Luc denkt eraan om halftijds te gaan werken en op die manier verder af te bouwen.

Externe expert

Voor de medewerkers is het dan weer cruciaal dat ze de beweegredenen van Luc kennen, stelt Jan Maes: “Anders denken de mensen dat er iets achter zit en dan krijg je wantrouwen.” Wat ook helpt volgens Luc is met onafhankelijken van buiten het bedrijf werken.

Daarvoor is Peter Bosmans van Febecoop vandaag meegekomen: een groep van een twintigtal medewerkers krijgt van hem een uur uitleg en kans om vragen te stellen over waar ze precies aan beginnen. Goed om te weten is bijvoorbeeld dat je aansprakelijkheid als vennoot nooit hoger reikt dan het bedrag van je inbreng. Dat je als mede-eigenaar niet hoeft mee te beslissen over de kleur van de muren. En dat niemand als bestuurder wordt geboren: er gaat een groeiproces mee samen, waarin je onder meer het best een jaarrekening leert te lezen. Een discussie start over de vraag of bestuurders niet beter vergoed worden. Loop je daarmee niet het risico dat ze om de foute reden kandidaat zijn?

“Je moet een spaarpotje opzij houden voor zaken die ineens op je pad komen. Investeren doe je alleen met wat je ‘over’ hebt.”

Pensioenfonds

Een andere vraag die volgens boekhouder Hein Kesteloot veel gesteld wordt door medewerkers die overwegen om aandelen te kopen: wat als je dat geld ineens nodig hebt? “Je moet een spaarpotje opzij houden voor zaken die ineens op je pad komen. Investeren doe je alleen met wat je ‘over’ hebt,” luidt Heins antwoord daarop.

Een goed draaiend bedrijf als Page is effectief een goede investering, maar Luc waakt er wel over dat de verwachtingen realistisch blijven. Als ondernemer ziet hij aandelen eerder als een pensioenfonds, en volgens hem zien de nieuwe vennoten dat ook het best zo: “Je loon gaat hetzelfde blijven, de aandelen gaan je niet elk jaar een grote bonus opleveren. Als je er over 20 jaar uitstapt, dan krijg je voor je aandelen de waarde die op dat moment in de boeken staat.” Al zo’n 50 medewerkers tekenden in. De komende vier jaar tekenen hopelijk genoeg mensen in om ook de stock in de overname op te nemen.

Goede communicatie

Er is dus al heel wat informatie naar de medewerkers gevloeid, onder meer tijdens de loop van het pilootproject dat Febecoop trok van 2015 tot 2017.

“Termen zoals ‘aandeel’ of ‘bestuurder’ zijn niet voor iedereen dagelijkse kost.”

De kwaliteit van die informatie is cruciaal volgens HR-verantwoordelijke en nieuwe vennoot van het eerste uur Els Depauw: “Als je jargon gebruikt dan moet je dat goed uitleggen. Termen zoals ‘aandeel’ of ‘bestuurder’ zijn niet voor iedereen dagelijkse kost. Belangrijk is ook dat je geen antwoord geeft als je iets niet weet, want je kan daar later niet op terugkomen. De huurprijs van het gebouw? Die kunnen we nog niet berekenen. We kunnen alleen maar antwoorden dat het een marktconforme huurprijs wordt.” Een infofiche over de werkwijze is verspreid onder de medewerkers.

Verder blijkt een overname door werknemers niet zoveel te verschillen van een andere overname. Je moet goed over alles nadenken: een overnameprijs bepalen, de prijs van een aandeel bepalen, hoe het te financieren … Luc kreeg de hulp van zijn boekhouder om tot een goed financieel plan te komen.

Een goed financieel plan, in dit geval, is een betaalbaar plan. En wat die betaalbaarheid mee garandeert is dat er veel werknemers aandelen kopen. Een externe overnemer, en zelfs een groepje van een drietal managers die voor een buy out gaan, moeten ook de middelen ervoor bijeenzoeken. “Elke maand de rekening krijgen, daar word je niet blij van, dat kan een echte strop rond je nek zijn,” herinnert Luc zich uit zijn beginjaren. Omgekeerd maakt de overname het bedrijf veel meer dan een carrièrezet voor de medewerkers: “Een arbeidsrelatie is vandaag de dag voor enkele jaren, daarna zeggen werknemers ‘trek je plan’. Dat is niet het geval als je mede-eigenaar bent.”

Zeven bestuurders

Wie gaat Page nu besturen? Het antwoord daarop hangt samen met de soorten van aandelen waarmee Page besloot te werken. Er komt een bestuursorgaan met zeven plaatsen. Vijf ervan zijn voorbehouden voor vennoten die leidinggevenden zijn, zij hebben zogenaamde A-aandelen. De andere twee bestuurders worden aangeduid door vennoten die (nog) geen leidinggevenden zijn, zij hebben B-aandelen. Mensen met B-aandelen die verantwoordelijkheid willen en kunnen nemen, kunnen dat op termijn, als ze daarin groeien.

“Alle vennoten hebben er belang bij dat het bedrijf het goed doet en dat de aandelen in waarde stijgen.”

A- en B-aandelen hebben dezelfde prijs en waarde, alleen hun aantal plaatsen in het bestuursorgaan verschilt. En de vennoten die geen bestuurder zijn, weten zich nog altijd verzekerd van een stem in de algemene vergadering. Bij Page is het zo bepaald in de statuten dat elke aandeelhouder één stem heeft, of hij/zij nu één of 100 aandelen heeft. Niet toevallig, want gelijkwaardigheid is heel belangrijk voor Luc. “Of ze nu bestuurder zijn of niet: alle vennoten hebben er belang bij dat het bedrijf het goed doet en dat de aandelen in waarde stijgen.” Wat zeker geldt voor de langere termijn, want de toekomst veiligstellen is een van de grootste pluspunten van dit type overname.

Een bestuur dat de leiding vormt, het beleid bepaalt, de rendabiliteit opvolgt … allemaal goed en wel, vinden Jan en Els, toch laat Luc volgens hen grote voetsporen na om te vullen. Zelf vindt Luc dan weer dat ze zijn rol overschatten: “De klantverantwoordelijken doen hun werk zeer goed, het blijft hier wel draaien. Als je je teveel moeit, kan je daar het slachtoffer van worden.”

Een natuurlijke match is wat Peter Bosmans ziet. “Het bestuur moet een goede voorzitter kiezen die zorgt dat de groep goed functioneert en collegiaal bestuurt, dat wil zeggen: in het belang van het geheel. Waarom niet Luc bijvoorbeeld?”


Pilootproject: Werknemer wordt overnemer

Luc Page draagt zijn bedrijf over aan de leidinggevenden en medewerkers van zijn bedrijf nadat hij een begeleidingstraject doorliep. Dat traject maakte deel uit van het project Werknemer wordt overnemer, een initiatief van Febecoop om het coöperatieve model innovatief toe te passen. Het project kreeg de medewerking van Liantis, Integraal en Odisee en kon rekenen op de steun van het Europees Sociaal Fonds en het Vlaams Cofinancieringsfonds. Alle informatie, berekeningstools en nieuws hierover op werknemerwordtovernemer.be.

Praktijkverhalen

Meer verhalen
Meer verhalen
example

Samen gaan we verder

Heb je specifieke vragen of noden? Wij zijn er voor jou.

Contacteer ons